Uitvoeringsbesluit Belastingwet BES
Hst. 1 Algemene bepalingen
Art. 1.1
a. wet: Belastingwet BES ; b. CBS versie 2 mei 1998:door het Centraal Bureau voor de Statistiek gehanteerde bedrijfstakclassificatie, versie 2 mei 1998, op basis van de International Standard Industrial Classification of all Economic Activities; c. FATCA-verdrag:het op 18 december 2013 te ’s-Gravenhage tot stand gekomen Verdrag tussen het Koninkrijk der Nederlanden en de Verenigde Staten van Amerika tot verbetering van de internationale naleving van de belastingplicht en tenuitvoerlegging van de FATCA (Trb. 2014, 22); d. het Hof: het Gemeenschappelijk Hof van Justitie van Aruba, Curaçao, Sint Maarten en van Bonaire, Sint Eustatius en Saba; e. het Gerecht in eerste aanleg: het Gerecht in eerste aanleg van Bonaire, Sint Eustatius en Saba.
Hst. 2 Kosten van vervolging
Art. 2.1
Art. 2.2
a. voor het betekenen van een dwangschrift met bevel tot betaling: USD 40, verhoogd met USD 3 voor elk geheel bedrag van USD 50 waarmee de gevorderde som USD 50 te boven gaat, met een maximum van USD 9333; b. voor het ingevolge een wettelijk voorschrift doen van een ander exploot: USD 40; c. voor het geven van kwitantie door de met de tenuitvoerlegging van een dwangschrift belaste deurwaarder ter zake van een aan deze gedane betaling ter afwering van een beslaglegging op roerende zaken: USD 20; d. voor het ingevolge een wettelijk voorschrift voor »gezien» doen tekenen van een exploot of een ander stuk: USD 4; e. voor het aanplakken van een exploot: USD 4; f. voor het doen aankondigen van een gedaan exploot in een dagblad: USD 4; g. voor het verzenden van een aanmaning tot betaling: USD 8.
Art. 2.3
a. voor het in beslag nemen van een goed en het deswege opmaken van een proces-verbaal: USD 40; b. voor de verkoop van een goed en het deswege opmaken van een proces-verbaal: USD 50; c. voor het bekendmaken van de verkoop door het aanslaan van de verkoopbiljetten, al dan niet gevolgd door het doen van aankondiging van de verkoop in een dagblad: USD 24; d. voor het ingevolge een wettelijk voorschrift opmaken van een ander proces-verbaal: USD 24; e. voor iedere getuige: USD 12 per uur of voor zover de duur niet in volle uren kan worden gerekend, per gedeelte daarvan.
Art. 2.4
Art. 2.5
Hst. 3 Van inleners- en ketenaansprakelijkheid uitgezonderde sectoren
Art. 3.1
a. landbouw, jacht en bosbouw, zoals omschreven in letter A, onderdelen 1 en 2, van de CBS versie 2 mei 1998; b. visserij, viskwekerijen en aanverwante dienstverlening, zoals omschreven in letter B, onderdeel 05, van de CBS versie 2 mei 1998; c. mijnbouw en steenhouwerij, zoals omschreven in letter C, onderdelen 10 tot en met 14, van de CBS versie 2 mei 1998; d. industrie, zoals omschreven in letter D, onderdelen 15 tot en met 37, van de CBS versie 2 mei 1998; e. elektriciteits-, gas- en watervoorziening, zoals omschreven in letter E, onderdelen 40 en 41, van de CBS versie 2 mei 1998; f. groot- en kleinhandel, reparatie van motorvoertuigen en huishoudelijke producten, zoals omschreven in letter G, onderdelen 50, 51 en 52, van de CBS versie 2 mei 1998; g. hotels en restaurants, zoals omschreven in letter H, onderdeel 55, van de CBS versie 2 mei 1998; h. vervoer, opslag en communicatie, zoals omschreven in letter I, onderdelen 60 tot en met 64, van de CBS versie 2 mei 1998; i. financiële bemiddeling, zoals omschreven in letter J, onderdelen 65, 66 en 67, van de CBS versie 2 mei 1998; j. onroerend goed, verhuur en zakelijke activiteiten, zoals omschreven in letter K, onderdelen 70 tot en met 74, van de CBS versie 2 mei 1998; k. overheidswezen en defensie, verplichte sociale verzekeringen, voor zover al niet uitgezonderd, zoals omschreven in letter L, onderdeel 75, van de CBS versie 2 mei 1998; l. onderwijs, voor zover al niet uitgezonderd, zoals omschreven in letter M, onderdeel 80, van de CBS versie 2 mei 1998; m. gezondheidszorg en sociaal werk, zoals omschreven in letter N, onderdeel 85, van de CBS versie 2 mei 1998; n. overige maatschappelijke, sociale en persoonlijke dienstverlening, zoals omschreven in letter O, onderdelen 90 tot en met 93, van de CBS versie 2 mei 1998; o. particuliere huishoudens met personeel in loondienst, voor zover al niet uitgezonderd, zoals omschreven in letter P, onderdeel 95, van de CBS versie 2 mei 1998; p. extraterritoriale organisaties en lichamen, voor zover al niet uitgezonderd, zoals omschreven in letter Q, onderdeel 99, van de CBS versie 2 mei 1998.
Hst. 4 Vergoedingen voor deskundigen en tolken
Art. 4.1
Hst. 5 Proceskostenvergoeding
Art. 5.1
a. kosten van door een derde verleende beroepsmatige bijstand; b. kosten van een getuige, deskundige of tolk die door een partij is meegebracht of opgeroepen; c. reis- en verblijfkosten; d. verletkosten, en e. kosten van uittreksels uit openbare registers, alsmede kosten van aangetekende post, telegrammen, internationale telexen, internationale telefaxen en internationale telefoongesprekken.
Art. 5.2
a. ten aanzien van de kosten, bedoeld in artikel 5.1, onderdeel a : overeenkomstig het in de bij dit besluit opgenomen tarief; b. ten aanzien van de kosten, bedoeld in artikel 5.1, onderdeel b : op de vergoeding die ingevolge artikel 40, eerste lid, van de Wet administratieve rechtspraak BES is verschuldigd; c. ten aanzien van de kosten, bedoeld in artikel 5.1, onderdeel c : overeenkomstig artikel 15, eerste lid, van het Besluit tarieven in burgerlijke zaken BES ; d. ten aanzien van de kosten, bedoeld in artikel 5.1, onderdeel d : overeenkomstig een tarief dat, afhankelijk van de omstandigheden, tussen USD 2,25 en USD 36,30 per uur bedraagt; e. ten aanzien van de kosten, bedoeld in artikel 5.1, onderdeel e : op de werkelijke kosten.
Art. 5.3
Hst. 6 Bijstelling bedragen
Art. 6.1
Hst. 7 geen toepassing vindt
Art. 7.1
Hst. 7bis Aanwijzing inkomen als loon uit vroegere dienstbetrekking
Art. 7bis.1
Hst. 7a Aanwijzing bevoegde functionaris
Art. 7a.1
Hst. 7b Gegevensuitwisseling
Art. 7b.1
a. de rekeningen, bedoeld in bijlage I, sectie II, onderdeel A, onder 1 tot en met 4, van het FATCA-verdrag, hetzij voor al deze rekeningen, hetzij voor elke duidelijk omschreven groep van dergelijke rekeningen afzonderlijk; b. de rekeningen, bedoeld in bijlage I, sectie III, onderdeel A, onder 1 en 2, van het FATCA-verdrag, hetzij voor al deze rekeningen, hetzij voor elke duidelijk omschreven groep van dergelijke rekeningen afzonderlijk; c. de rekeningen, bedoeld in bijlage I, sectie IV, onderdeel A, van het FATCA-verdrag, hetzij voor al deze rekeningen, hetzij voor elke duidelijk omschreven groep van dergelijke rekeningen afzonderlijk; d. de rekeningen, bedoeld in bijlage I, sectie V, onderdeel A, van het FATCA-verdrag, hetzij voor al deze rekeningen, hetzij voor elke duidelijk omschreven groep van dergelijke rekeningen afzonderlijk.
a. indien Onze Minister maandelijkse aanlevering voorschrijft: de laatste dag van de kalendermaand volgend op de kalendermaand waarop de gegevens en inlichtingen betrekking hebben; b. indien Onze Minister jaarlijkse aanlevering gedurende het kalenderjaar waarop de gegevens en inlichtingen betrekking hebben voorschrijft: 30 april van dat kalenderjaar; c. indien Onze Minister jaarlijkse aanlevering na afloop van het kalenderjaar waarop de gegevens en inlichtingen betrekking hebben voorschrijft: 31 januari volgend op dat kalenderjaar.
Art. 7b.2
Art. 7b.3
Hst. 8 Slotbepalingen
Art. 8.1
Art. 8.2
undefined
artikel 5.1, eerste lid, onderdeel a Het bedrag van de kosten, bedoeld in artikel 5.1, onderdeel a , van het Uitvoeringsbesluit Belastingwet BES, wordt vastgesteld door aan de verrichte proceshandelingen punten toe te kennen overeenkomstig onderstaande lijst (A) en die punten te vermenigvuldigen met de waarde per punt (B) en met de toepasselijke wegingsfactoren (C). Punten per proceshandeling Beroep
Bezwaar
Beroep1 punt = USD 391 Bezwaar1 punt = USD 196 Gewicht van de zaak
Samenhangende zaken