Art. 1 Personen op wie het Verdrag van toepassing is

Art. 2 Belastingen waarop het Verdrag van toepassing is

Art. 3 Algemene begripsbepalingen

Art. 4 Inwoner

Art. 5 Vaste inrichting

Art. 6 Inkomsten uit onroerende zaken

Art. 7 Winst uit onderneming

Art. 8 Internationaal vervoer

Art. 9 Gelieerde ondernemingen

Art. 10 Dividenden

Art. 11 Interest

Art. 12 Royalty's

Art. 13 Vermogenswinsten

Art. 14 Zelfstandige arbeid

Art. 15 Niet-zelfstandige arbeid

Art. 16 Directeursbeloningen

Art. 17 Artiesten en sportbeoefenaars

Art. 18 Pensioenen, lijfrenten en socialezekerheidsuitkeringen

Art. 19 Overheidsfuncties

Art. 20 Hoogleraren en docenten

Art. 21 Studenten en stagiairs

Art. 22 Overige inkomsten

Art. 23 Vermijding van dubbele belasting

Art. 24 Werkzaamheden buitengaats

Art. 25 Non-discriminatie

Art. 26 Regeling voor onderling overleg

Art. 27 Uitwisseling van inlichtingen

Art. 28 Bijstand bij invordering

Art. 29 Beperking van de artikelen 27 en 28

Art. 30 Leden van diplomatieke vertegenwoordigingen en consulaire posten

Art. 31 Uitbreiding tot andere gebieden

Art. 32 Inwerkingtreding

Art. 33 Beëindiging

Art. I Ad Artikel 2

Art. II Ad Artikel 3, eerste lid, onderdeel e

Art. III Ad Artikel 4

Art. IV Ad Artikel 5

Art. V Ad Artikelen 5, 6, 7, 13 en 24

Art. VI Ad Artikel 7

Art. VII Ad Artikel 10

Art. VIII Ad Artikel 10

Art. IX Ad Artikel 10

Art. X Ad Artikelen 10, 11 en 12

Art. XI Ad Artikelen 10 en 11

Art. XII Ad Artikelen 10 en 13

Art. XIII Ad Artikel 12

Art. XIV Ad Artikel 13

Art. XV Ad Artikel 16

Art. XVI Ad Artikel 26